Mannen met lange haren. Leren jassen. Testosteron, bier en spuug, currywurst en naar zweet ruikende puberlijven. De hoofden van het publiek gaan op en neer op het logge ritme van de band. Bossen vaag naar shampo ruikend haar geselen de omstanders. Je hebt niet veel fantasie nodig om je voor te stellen hoe het er aan toe zal gaan tijdens een tourtje door Duitsland van het uit Rotterdam afkomstige My Own Army. Zij bieden met hun op Oceansize, Soundgarden en Tool geïnspireerde rock een perfect avondje voor liefhebbers van dit genre.
Nieuwe plaat Too Many Faces staat vol met dit type materiaal.
De band bouwde in 2013 een deel van een loods om tot een eigen studio waar ze alle tijd hadden om te schaven aan hun tweede album. En het moet gezegd: Too Many Faces klinkt als een klok en ze steken hun eerdergenoemde voorbeelden ermee naar de kroon.
Het album telt acht krachtige nummers die wijd uitwaaieren en daar alle tijd voor nemen. Geen korte puntige popsongs met krachtige hooks en pakkende melodielijnen; daar is My Own Army niet van. In hun aanpak draait het om grooves, riffs, en bombastische emoties.
Nadeel is dat het niet allemaal even origineel is. My Own Army klinkt geweldig, maar precies zoals het moet in dit genre. Maar dat is allemaal mierenneuken, want deze band heeft met Too Many Faces gewoon een verdomd aardige plaat gemaakt.
My Own Army presenteert hun cd op donderdag 3 april in het Rotterdamse Rotown.