Prestigieus festivalletje hoor, dat Motel Mozaique. De afgelopen jaren hebben bands hun beloftevolle status waar kunnen maken, maar zijn er ook een flink aantal door het ijs gezakt. Het is een risico dat een festival als dit nou eenmaal met zich meebrengt. Op de openingsdag van de alweer veertiende editie van MM was het niet anders.

Maar eerst: Het blokkenschema. Geen festival kan zonder. Het is het baken voor de bezoeker, het meest gebruikte gespreksonderwerp aan de bar en een groot deel van de voorpret.
Dat van Motel Mozaique verschijnt een paar dagen voor het festival en bevat een aantal onaangename verrassingen. Je zult als liefhebber van alternatieve gitaarrock maar € 37,50 hebben betaald om er vervolgens achter te komen dat het echt onmogelijk is om zowel het optreden van Eagulls als Temples te zien omdat beide bands elkaar grootdeels overlappen. Dan maar de gok nemen om halverwege te verkassen van de een naar de andere show levert een plaats op in een ontmoedigend lange wachtrij,
Nadere bestudering leert dat de planning van de hele avond op die manier in elkaar zit. Dat moet een bewuste keuze van de organisatie zijn, zo lijkt het. Het zal wel wat te maken hebben met crowd control en publieksspreiding maar een verbijsterend neveneffect is dat er op de eerste festivaldag tussen 21.30 en 22.00 uur (toch primetime van de avond) op wat side-acts na niets (ik herhaal: niets) geprogrammeerd staat op MM14. Rond een uurtje of elf is er een vergelijkbare leemte. Het levert merkwaardige taferelen op. Het ene uur loopt het publiek de benen onder de reet vandaan om maar zo veel mogelijk kwartiertjes van bands mee te pakken om vervolgens een tijdlang op het blokkenschema te staren: where to next?
Het gelijktijdig programmeren van acts heeft ook een onmiskenbaar voordeel: het komt op vrijdag zelden voor dat een venue niet toegankelijk is. De dagen van snikkende meisjes die niet meer naar binnen kunnen bij Mumford & Sons lijken sowieso definitief voorbij. Motel Mozaique doet het ook in 2014 (deels door de toegenomen concurrentie daartoe gedwongen) zonder echte headliners maar met een uiterst smaakvolle mix van interessante namen die de laatste jaren boven zijn komen drijven. Het publiek heeft onderkend dat de programmeurs inderdaad smaak hebben want ook zonder een band van de proportie van bijvoorbeeld een Belle & Sebastian is de eerste festivaldag zo goed als uitverkocht.

Wild Beasts

Tegen het eind van de middag staat slechts een handjevol toeschouwers voor het podium op het schouwburgplein, voor de gelegenheid omgedoopt tot Plaza Mozaique, bij The Sweet Release Of Death. Begin dit jaar verscheen hun album Bulb; een plaat vol gitaarnoise in de traditie van een band als Sonic Youth. En dat is precies wat we vanmiddag voorgeschoteld krijgen. Een lekker rommelbak gevuld met dissonanten die ondanks de armzalige geluidsmix toch nog heel aardig uit de verf komt, en eigenlijk smaakt naar meer. Een bandje om in de gaten te houden.
Daarna is het de beurt aan WLDRF (spreek uit: Waldorf). Drie geeks en een drummer die vanuit een bakfiets electronica met dub-reggae invloeden spelen, met een zanger die zichzelf iets te graag hoort lullen, grappig uit de hoek kan komen, maar toch met zijn cabareteske humor iets te veel de aandacht opeist. Toch is het heel vermakelijk, met teksten als ‘We zijn zo internationaal, maar zo gewoon gebleven’ en ‘morgen staan we gewoon weer op een bruiloft’. Een Rotterdamse no-nonsense versie va De jeugd Van Tegenwoordig.

WLDRF

Bij gebrek aan een Rotterdams poppodium van formaat is op het Schouwburgplein een festivaltent verrezen die de Kathedraal is gedoopt. Het intieme pleintje dat hierdoor voor de Schouwburg ontstaat is een absolute aanwinst en festivalpubliek en freeloaders die ook zonder kaartje glimpen van het festival kunnen opvangen verzamelen zich hier.
Het programma in deze nieuwe grootste MM-locatie wordt geopend door het typisch Belgisch klinkende Madensuyu en de Engelse neo-folkie Johnny Flynn en zijn uit vijf muzikanten bestaande The Sussex Wit. Flynn die als acteur in de film Kruistocht in Spijkerbroek de hoofdrol speelde maakt folkrock in de beste Walkabouts-traditie, waarbij instrumenten als cello, viool, trompet en harmonium voor afwisseling zorgen

Pall Jenkins

Pall Jenkins is de voorman van The Black Heart Procession, een indie-bandje met cult status uit San Diego. Met hippe zonnebril op de neus en ritmebox als begeleiding speelt hij een intieme set voor een ademloos luisterend gezelschap in de Kleine Zaal van de Schouwburg. Belangrijkste conclusie: de zingende zaag is aan een comeback bezig.
Daryll-Ann was vanaf begin jaren negentig tot en met het laatste album Don’t Stop uit 2004 een van de meest interessante bands in het Nederlandse gitaarpop-circuit. Happy Traum, Trailer Tales, maar vooral Daryll-Ann Weeps worden door de liefhebbers gezien als absolute smaakmakers in het genre. Eind 2004 gooide de band het bijltje erbij neer, maar vorig jaar was Daryll-Ann opeens terug. Vooralsnog is er geen nieuw album in de maak, en moet dus ook de volgestroomde Grote Zaal van de Rotterdamse Schouwburg het doen met een dwarsdoorsnede van twaalf jaar Daryll-Ann. De broertjes Paulusma, gitarist Anne Soldaat, bassist Jeroen Vos en drummer Jeroen Kleijn spelen een degelijke set, maar het vlammetje wil maar niet overslaan naar het publiek. Koortjes zijn vals, de band speelt zonder vuur en is zelfs ronduit gezapig te noemen, waardoor de aanvankelijk volle zaal langzaam leegloopt. Jammer, want dat verdient een band met zo’n geschiedenis niet.

Daryll-Ann

Is gezapigheid besmettelijk? Het lijkt er even wel op, want na Daryll-Ann is het de beurt aan Quilt. Op papier een interessant bandje dat de belofte helaas niet weet waar te maken. De beloofde neo-psychedelische gitaarmelodieën en Mama’s And The Papa’s invloeden komen niet uit de verf en sterven dan ook een langzame dood.
Hoe anders is dat bij Wild Beasts. Na een drietal veelbelovende albums is het laatste muzikale wapenfeit van het Britse viertal eindelijk echt opgepakt door zowel pers als publiek. Present Tense is een spannend album met wortels diep in de jaren tachtig (Depeche Mode), maar met voldoende voetstappen in het heden. En dat is te horen. In een volgepakte Kathedraal zijn we getuige van een band die de juiste snaar weet te raken en de hype die vergezeld ging van het laatste album volledig waarmaakt met nummers als Wanderlust en Mecca.

Gardens & Villa

De synthpop van van de Amerikaanse band Gardens & Villa blijkt uitermate geschikt om als achtergrond van een staande receptie in Rotown te fungeren. Wie de moeite neemt om zich tussen het borrelende publiek naar voren te worstelen moet toegeven dat de band ondanks de soms softe sound uitstekend overeind blijft. Dat komt vooral door het arsenaal aan goede songs die zelfs de uiterst lullige danspasjes van zanger Chris Lynch weten te overleven.
Hoe anders is het bij de Noorse krullebol Moddi die er maar niet over uit kan wat een geweldig publiek het Nederlandse toch is. “Het lijkt wel of ik in een bibliotheek speel”, merkt hij verbaasd op – zo stil is iedereen. Samen met celliste Katrine Schlott (“My very own symphony orchestra”) pakt Moddi met zijn merkwaardige mix van singer/songwriter-materiaal, folk en theatrale zang het publiek in de Gouvernestraat moeiteloos in.
Met enige nieuwsgierigheid wordt uitgekeken naar het solo-optreden van Kurt Vile in de Schouwburg. Ex-War On Drugs- lid Kurt Vile is de laatste jaren juist doorgebroken met lang en breed uitwaaierende songs met veel ruimte voor instrumentale passages. Op het als een huiskamer (compleet met schemerlamp en TV ingerichte) podium blijkt echter hoe goed de liedjes van Vile zijn. Hoewel een deel van de bezoekers zijn ietwat lijzige Syd Barrett-achtige manier van zingen niet trekt blijft Kurt Vile ook in zijn eentje zonder zijn Violators triomfantelijk overeind.

Een verrassing is het optreden van de in London woonachtige Gentlemen (met leden uit Italië, Australië en Engeland). Beatles-achtige zang wordt gecombineerd met neo-psychedelica die zelfs onze eigen Jacco Gardner in herinnering roept. De nadrukkelijk aanwezige rockende gitaren voelen goed, want de uren daarvoor zijn wel heel erg verantwoord geweest. Gentlemen valt dus vooral op dankzij de rest van het programma, maar na twee EPs zijn wij nu toch wel heel benieuwd naar het debuutalbum.

Kurt Vile

En dus is er eindelijk energie. Eind maart was daar opeens het Britse Eagulls met een titelloos album dat zich beweegt ergens tussen The Cure en Killing Joke, ten tijde van Night Time (1985), maar dan met een punky inslag. De band opent furieus met album opener Nerve Endings en weet de aandacht van het volgepakte Rotown tot aan het einde vast te houden. Punk? New Wave? Who Cares!! Als je een song als Tough Love, met z’n Eighties gitaartje zo weet neer te zetten als deze jongens heb je het gewoon goed gedaan.
En dan is het de beurt aan Temples. Ofwel, de psychedelische, galmende kant van The Beatles. Het onlangs verschenen debuutalbum Sun Structures kon de belofte die werd aangewakkerd door de overweldigende live-show op London Calling niet helemaal nakomen, en dus was het afwachten wat Temples op Motel Mozaique zou doen. Het antwoord is vrij simpel: Temples is een fantastische band, waarbij alles klopt, behalve het vastleggen op plaat. Het sixties geluid is authentiek aan die van de psychedelica uit de jaren zestig en zeventig, en dat is niet bedoeld als diskwalificatie. Temples weet heel goed waar ze mee bezig zijn en doen dat ontzettend goed. Vrij gemakkelijk af te zeiken, maar dat moesten we, gezien de kwaliteit, gewoon maar niet doen.
Al met al was de eerste dag van Motel Mozaique een meer dan geslaagde. Op naar dag 2 dan maar

– See more at: https://web.archive.org/web20140508041526/http://www.muzine.nl:80/web/20140508000000*/http://www.muzine.nl/recensie/live/motel-mozaique-dag-1#sthash.LPzg0bhv.dpuf

0 Shares:
Ook zeer interessant